Belgisch onderzoek toont belang biodiversiteit in bos aan.
Doet een bos met veel boomsoorten het beter dan een bos met weinig boomsoorten? Dat is de opzet van het FORBIO-onderzoek, een samenwerking van de universiteiten van Gent, Leuven, Luik en Louvain-La-Neuve. Op drie locaties (Zedelgem, Hechten-Eksel en Gedinne) bekijken onderzoekers het belang van de mix van boomsoorten binnen bestanden.
Hiervoor werd 27 hectare bos aangelegd, goed voor 90 000 boompjes op de drie proeflocaties.
Na vijf jaar zijn de eerste resultaten binnen en ze bevestigen wat vele bosbouwers al jaren vermoeden:
De kans dat er veel bomen tegelijk sterven is groter bij monoculturen. Een gemengd bestand is dus beter.
De kans dat het bestand getroffen wordt door ziekten en plagen is kleiner wanneer het bestand gemengd is. Gemengde bestanden zijn minder zichtbaar en minder aantrekkelijk voor natuurlijke belagers.
Door verschillende boomsoorten te combineren, verloopt de afbraak van strooisel sneller en dat is goed voor de kwaliteit van de bosbodem.
Let wel, je kan niet zomaar alle boomsoorten mengen. Een doordachte keuze op basis van de groeisnelheid, de boomeigenschappen en de geschikte standplaats zijn absoluut noodzakelijk.
Na vijf jaar zijn de resultaten uiteraard nog beperkt. Maar de onderzoekers gaan nog minstens 20 jaar door met hun onderzoek. Zo zullen ze nagaan wat de invloed van boomsoorten is op droogte, hoe ze de klimaatverandering doorstaan, of ze sneller groeien en hoe ze water en licht verdelen.
Het onderzoek FORBIO behoort trouwens tot TreeDivNet, een globaal netwerk van gelijkaardige experimenten over de hele wereld. Op die manier maakt het onderzoek deel uit van het grootste biodiversiteitsexperiment ter wereld.